Zorgen over toekomst huisartsenzorg

Patiënten in Drenthe, Groningen en Friesland zijn in grote meerderheid tevreden over hun huisarts, maar ze maken zich wel zorgen over de toekomst van de huisartsenzorg in het Noorden.

Dat blijkt uit een onderzoek van deze krant onder noorderlingen van achttien jaar en ouder. Op dit moment is de huisartsenzorg in het Noorden nog wel toegankelijk, zo leert het onderzoek. Nagenoeg iedereen staat ingeschreven bij een huisartsenpraktijk en voor negen van de tien patiënten is dit ook de praktijk van hun keuze. Een enkeling kan geen praktijk vinden.

Maar of dat zo zal blijven? Vier op de vijf patiënten zijn daar niet zo zeker van. Ouderen denken over het algemeen dat het hun tijd wel zal duren, maar vooral jonge mensen vrezen een huisartsentekort in de toekomst. „Mijn praktijk wordt gerund door een echtpaar dat bijna met pensioen gaat. Het loopt nu heel goed zo, maar hoe gaat dat straks? Dat vind ik best spannend.”

Nu al heeft de dokter het vaak erg druk, ziet de helft van de patiënten, al leidt dat nog niet tot massale onvrede. Driekwart van de mensen is tevreden over de huisartsenzorg: de dokter neemt hun klachten serieus en heeft voldoende tijd om ze te behandelen.

Ook blijken huisartsen in Noord-Nederland over het algemeen goed in staat te zijn om de gestelde richtlijnen voor wachttijden na te leven. Volgens de norm moeten patiënten binnen twee werkdagen terecht kunnen bij hun huisarts, en volgens zeven van de tien noorderlingen lukt dat ook: de meeste mensen kunnen binnen één tot twee dagen terecht bij de dokter. En bij spoedklachten zijn ze vaak direct al welkom. „Als het dringend is, kan ik vrij snel komen. Vaak dezelfde dag al.”

Toch zien de patiënten in Drenthe, Groningen en Friesland wel ontwikkelingen die hen zorgen baren. Zo is de vaste huisarts, die je familie en medische geschiedenis kent, uit het straatbeeld verdwenen. Twee derde van de noorderlingen ziet meerdere artsen binnen één praktijk. Sommige mensen missen daardoor betrokkenheid van de huisarts of zijn bang dat de huisarts daardoor diagnoses over het hoofd ziet. „Het is vervelend om steeds een andere arts te treffen die mijn situatie niet kent.”

Het zijn vaker mensen onder de veertig jaar die ontevreden zijn. Zij vinden de wisseling van artsen vervelend en geven vaker aan het gevoel te hebben dat de huisarts hun klachten niet serieus neemt. „De huisarts leest mijn dossier niet, waardoor ik zelf alert moet zijn en research moet doen. Ik heb het gevoel dat er volgens protocol wordt gewerkt en ze niet echt luisteren.”

En de bereikbaarheid mag over het algemeen goed zijn, dat wil niet zeggen dat daar helemaal geen zorgen over bestaan. Een kwart van de deelnemers aan het onderzoek moest drie tot vijf dagen wachten voordat hij of zij bij de huisarts terecht kon. Bij enkelingen liep de wachttijd op tot drie weken of langer.

Daarnaast blijkt de weg naar een afspraak langer te duren. De bereikbaarheid van de huisartsenpraktijk is voor veel mensen beperkt tot de ochtenduren, ze ervaren de wachttijd aan de telefoon als lang of ze komen voor hun gevoel niet voorbij de doktersassistente. „Ik wacht zeker twintig tot dertig minuten voor een afspraak aan de telefoon. Daarom mail ik nu vaker.”

Ook de drukte in de praktijk wordt opgemerkt: de dokter oogt gestrest of afwezig, patiënten zitten langer in de wachtkamer en ze merken op dat de huisarts meer patiënten heeft gekregen. Zo beschrijft een vrouw dat haar huisarts op een gegeven moment 35 terminale patiënten had. Sommigen zijn bang dat die drukte de kwaliteit van de zorg beïnvloedt of gaat beïnvloeden in de toekomst. „De huisarts heeft het zo druk dat een kalm gesprek nauwelijks lukt en hij nauwelijks mogelijkheden heeft om subsignalen te registreren die wel van belang kunnen zijn.”
 
Verantwoording van het onderzoek
Onderzoeksbureau Enigma Research in Groningen heeft een peiling gehouden onder 6130 Drenten, Groningers en Friezen van 18 jaar en ouder. Hieruit is een steekproef getrokken van 1649 personen. De verdeling is representatief naar geslacht, leeftijdsgroepen en provincies. De deelnemers zijn geënquêteerd via het RegioNoordPanel. De uitkomsten hebben een foutmarge van plus of min 2,4 procent.
 
Bron: Dagblad van het Noorden
Gepubliceerd: 14-09-2023